De ouders scheiden, maar kinderen houden hun eigen specifieke relatie met hun vader en met hun moeder.
In de huidige aanpak moeten beide ouders altijd en onder toenemende drang gezamenlijk hun strijd op blijven lossen. Het kind wordt in zijn ervaringen niet gezien, gehoord en erkend. Het blijft juist dan voor een ouder met antisociale persoonlijkheidskenmerken functioneel om een illusie van strijd in stand te houden. Deze ouder zal het kind misbruiken en nimmer in staat zijn tot wederzijdsheid.
Het kind ontwikkelt geen eigen keuze van handelen in relatie tot de destructieve aspecten van deze kind-ouderrelatie.
Een ouder én het kind staan machteloos en zijn afhankelijk van de deskundigheid van de professional.